Artikelen © Diana Vernooij 2003

terug naar Artikelen

Vrouwen zwaaien er niet langer de scepter

nakaarten over de sluiting van De Tiltenberg
artikel voor Fier, juli 2003

Een van de moeilijkste lessen op het spiritueel pad is het loslaten van wat je dierbaar is, maar gestopt is. Veranderingen vinden zelden plaats zonder breuken, zonder verlies, zonder loslaten van wat voorbij is, maar waar je nog zo van houdt.
Dat De Tiltenberg veel mensen aan het hart ging, hebben we gemerkt in de periode rond de sluiting. Veel reacties kregen we en er waren veel bezoekers op onze afscheidsvieringen. Vele vrouwen en mannen hadden hun hart verpand aan het centrum. Met het sluiten van De Tiltenberg is een historische plek verloren gegaan. We hebben haar niet kunnen behouden, niet kunnen omvormen tot een centrum wat haar bestaansrecht kon bewijzen.
Wat heeft De Tiltenberg betekend voor de vrouw-en-geloofbeweging, waar was ze uniek in en wat zijn de tekenen van de tijd waardoor het ons niet is gelukt om voortbestaan te verwerven?

iconen en relieken
Op een weekend in december 1987 vierde een grote groep vrouwen onder leiding van Mary Hunt en Dian Neu 'Womenchurch'. De Tiltenberg nam met dit weekend het voortouw in toe-eigenen van rituelen, dat gebied dat veel te lang door de kerken gemonopoliseerd is. Ruim een decennium lang organiseerden vrouwen vrouwenvieringen op De Tiltenberg.
Het was de eerste keer dat ik op De Tiltenberg kwam en twaalf jaar later, eind 1999, ben ik op De Tiltenberg gaan werken. Ik was er trots op leiding te gaan geven aan een centrum dat is gebouwd dóór een vrouwenorganisatie vóór vrouwen. De vrouwen van Nazareth, die zich later De Graalbeweging zijn gaan noemen, hadden er aanvankelijk haar moederhuis. Later organiseerde vrouwen van de Graalbeweging er retraites voor derden. Veel katholieke vrouwen en mannen hebben er ooit een retraite meegemaakt.
Voor veel anderen staat De Tiltenberg bekend als een van de oudste zencentra in Nederland met een dertigjarige traditie van retraites en ontmoetingen van allerlei scholen, stromingen en thema's. Ontmoetingsweekenden christendom - boeddhisme, programma's met interreligieuze invalshoeken volgden. De meeste programma's stonden open voor vrouwen en mannen. Maar het gebouw bleef, als een van de weinige plekken in Nederland, doordrenkt van de sfeer van vele jaren vrouwenleven.
Het kon me ergeren, maar het bekoorde me ook: die lappendeken van sferen en de veelheid aan stijlen in huis. Als bij een archeologische vindplaats kon je er, onder de jongere lagen, oudere fundamenten vinden. Ieder decennium van de vorige eeuw is terug te vinden in de verschillende tegels op de vloeren en de muren. De spulletjes in huis herinneren aan de Afrikaanse of Aziatische avonturen van Graalvrouwen. De wandkleden herinneren aan het vuur van de vrouwenbeweging. De bloemen die altijd in huis aanwezig waren, de kleuren, de hoekjes, de vele boeken, de ronde bloemen- en kruidentuinen, de halfronde bogen tussen het grint, de ronde Graalbegraafplaats, stuk voor stuk zijn het iconen van vrouwenspiritualiteit, die we nu achterlaten.

Er zullen geen vrouwen meer regeren over De Tiltenberg. Het centrum is verkocht aan het bisdom Haarlem. Het seminarium voor priesterstudenten zal samen het Neocatechumenaat, een organisatie van de 'late roepingen' van priesterstudenten uit (ondermeer) Oost-Europese en Afrikaanse landen, in De Tiltenberg trekken. Het bisdom zal het centrum grondig verbouwen. Een historisch gebouw en terrein verdwijnen. Weg is de zachte, vriendelijke kapel met Boeddha voor het altaar, weg de sfeervolle ronde tuinen. De begraafplaats van Graalvrouwen is ineens een reliek van verloren tijden. Vrouwen zullen er niet langer de scepter zwaaien, integendeel ze zijn er nu zelfs buitengesloten.

bedrijf
Dat het niet is gelukt om een levensvatbare bodem te laten ontstaan is een uiterst pijnlijk teken des tijds met een voornamelijk financiële component. De Graalbeweging gaf ons in 1999 een subsidie mee om het centrum te verzelfstandigen. De opdracht was om binnen drie jaar financiële zelfstandigheid te verwerven of er heel dichtbij te zijn. De omzet zou drastisch moeten worden verhoogd en we zouden meer grip dienen te hebben op de kosten. Daartoe zou een professionele, op de markt gerichte organisatie moeten worden opgezet met een concurrerend aanbod en met medewerkers die een reëel salaris verdienen. Kortom, we zouden een echt bedrijf moeten zijn geworden met een ideële doelstelling.
We zijn hard aan de slag gegaan en hebben een hoop bereikt: omzetstijging van 100%, automatisering, efficiency, we werden een soepel lopend bedrijf met een mooi aanbod. Maar om de enorme financiële opdracht te halen was dit verre van voldoende. In de afgelopen drie jaar bleek dat, om in moderne marketingtermen te spreken, ons product te duur was. Onze klanten waren gewend om onder de kostprijs te betalen. Onze medewerkers waren niet geschoold om marktgericht te werken, om geld te verdienen aan het een en te besteden aan het ander. De accommodatiehuurders vergden te veel arbeidsinzet voor de prijs die we konden vragen. Binnen onze organisatiecultuur was er te weinig enthousiasme om geld te gaan maken met ons aanbod, te weinig kennis om te weten hoe. We zouden het niet redden zonder structurele financiële ondersteuning, en die was weggevallen. Eigenlijk had (om nog een kans te maken) al veel eerder het besef moeten doordringen dat een veel rigoureuzer ingreep noodzakelijk was.

de golf op haar retour
Naast het financiële verhaal is er het inhoudelijke verhaal. De tendens in de maatschappij is voor onze traditie van vrouwenspiritualiteit niet gunstig geweest: de golf van de vrouw-en-geloofbeweging is op haar retour, de bewustwordingsprogramma's lopen terug, vrouwenvieringen werden steeds minder bezocht, christendom is absoluut uit de mode in tegenstelling tot het boeddhisme en de interreligieuze programma's. Bij een teruglopende belangstelling cursussen op het gebied van vrouwenspiritualiteit verwezenlijken, die ook nog eens de kostprijs moeten dekken, bleek geen inspirerende onderneming. We hebben de vrouwenvieringen moeten loslaten op De Tiltenberg en meerdere vrouwenprogramma's die - hoe mooi en hoe dierbaar ze ons ook waren - te weinig aansloten bij de huidige behoeften van vrouwen.

Natuurlijk waren er ook successen: ik noem de programma's van Klara Adalena over vrouwenspiritualiteit, de vrouwenpaasweek en de vrouwenzangweken. Ook vrouwengroepen van buiten hielden hun vrouwenspiritualiteitsweken in ons centrum.
Het was de afgelopen jaren een zoektocht: inspirerende weken en teleurstellingen en annuleringen wisselden elkaar af. Om ons heen zagen we centra voor vrouwen stoppen (denk aan Sarah Yasmine), andere deden hun vrouwenwerk van de hand: VHS Bergen, Kerk en Wereld, de bisdommen, de SoW-kerken. Dat was deels omdat de groei en bloei er uit was, deels omdat subsidies ophielden of omdat ook daar doelstellingen, die tegen maatschappelijke tendensen in gaan, uiterst moeizaam zijn te realiseren.
Vanuit De Tiltenberg werden gesprekken gevoerd met het Oecumenisch Vrouwenplatform Noord-Holland over voortzetting van het programma, nadat VHS Bergen gestopt was met ondersteuning. De realiteit dwong ons echter onder ogen te zien dat het vrouwenwerk bij ons ook niet succesvol zou zijn zonder nieuwe invalshoek. We hebben een groot deel van het vrouwenwerk moeten loslaten in de hoop dat uit de leegte nieuwe vormen zullen ontstaan.

een nieuw spoor
We raakten op een nieuw spoor. De jaren van experimenteren, toe-eigenen en vieren leidden de afgelopen tijd uiteindelijk naar programma's waar - in tegenstelling tot het inoefenen - het uitoefenen van vrouwenspiritualiteit meer in het centrum kwam te staan. Tegenover het naar binnen keren en innerlijk beleven hadden juist die programma's perspectief, die zich richtten op naar buiten keren en het vruchten laten dragen van vrouwenspiritualiteit. De werkzaamheden en contacten van vrouwen kwamen in de aandacht.
Zo werd vrouwenspiritualiteit vormgegeven in de band tussen moeders en dochters. Die lastige, onontkoombare en ontroerende band is gevierd en beleefd door moeders en dochters samen. Vrouwen zetten met een ritueel hun eigen band met hun moeder of dochter in de lange traditie van vrouwen door de tijd heen.
Vrouwenspiritualiteit werd vormgegeven in de ontmoetingen van vrouwelijke spirituele leiders. Dank zij een subsidie konden we een netwerk starten en een explosieve kracht werd ontketend. Er waren veel vrouwen die, op vaak uiterst eenzame plekken, hun spiritueel leiderschap uitoefenen: als geestelijk verzorgster, pastoraal werkster, zenlerares, psychologe, trainster of docente. Het zijn alle klassieke functies die de kerken daarvoor kennen: herder, priester, leraar, profeet en nog meer. Deze vrouwen doen dit werk in, naast of buiten de kerken en organisaties.
Vrouwenspiritualiteit werd gevierd tussen vrouwen van verschillende religies. Dankzij een externe subsidie konden we de werkgroep Hagar en Sarah ondersteunen bij het vieren van hun lustrum. Een weekend lang kwamen vrouwen uit de islamitische, joodse en christelijke traditie bijeen om elkaar te ontmoeten. Het werd een heel bijzondere ontmoeting. De werkgroep Hagar en Sarah kreeg voor haar werk de Riet Flikweertprijs van het Fonds voor Vrouwen, Godsdienst & Samenleving ter bemoediging om door te gaan met hun werk.

de formule
Er zijn vele zuster- en broederorganisaties in Nederland. Moederhuizen van meerdere actieve congregaties in Nederland zijn uitgegroeid tot bezinningscentra van een vergelijkbaar kaliber als De Tiltenberg. Sommigen hebben een vrouwenbeleid. Alle centra werken met de intenties van de oorspronkelijke stichters, vertaald in nieuwe termen. Soms wonen religieuzen op het terrein, of is het centrum nog duidelijk onderdeel van het spirituele leven van de stichters. Er is zowel op stafniveau als op directieniveau inspirerend contact.
In Dabarberichten verkent Joke Hunink naar aanleiding van de sluiting van De Tiltenberg de huidige situatie en het toekomstperspectief van bezinningscentra met een religieuze oorsprong. Het artikel geeft goed weer dat we allemaal in ongeveer hetzelfde schuitje zitten. Als de andere bezinningscentra in het komende decennium niet het ei van Columbus vinden, zullen ook zij één voor één het loodje leggen.
Er zal meer moeten gebeuren dan cursussen duurder maken en de inkomsten trachten te verhogen met verhuur van accommodatie. De formule van dit soort centra zal op de schop moeten. Een te groot deel van christelijke - en vrouwenprogramma's wordt bij gebrek aan belangstelling geannuleerd. Er zijn te weinig nieuwe producten. Wat oud en vertrouwd is loopt steeds minder goed, terwijl het niet of onvoldoende uit het programma-aanbod geschrapt wordt. Het aanbod is te arbeidsintensief en er wordt gewerkt voor te kleine en armlastige doelgroepen. Helaas wreekt het zich ook dat inhoudelijke vernieuwing van de centra achterblijft, zoals de verjonging van de betrokken congregaties achterwege blijft. Sprongen vroeger de congregaties in het gat in de markt, tegenwoordig bewegen zij zich veelal (noodgedwongen) aan de marge.
Op De Tiltenberg liepen de boeddhistische programma's goed evenals de interreligieuze retraites en de nieuw ontwikkelde individuele retraites. Er is ontegenzeggelijk behoefte aan bezinning en verdieping, maar de juiste formule (nl. die die het centrum levensvatbaar maakt) hadden we nog niet gevonden.

Een moedige poging tot een nieuwe formule doet het centrum ZIN, het klooster voor zingeving en werk in Vught. ZIN biedt voornamelijk maatwerkprogramma's voor bedrijven, overheid en not-for-profit sectoren zoals de gezondheidszorg. Daarnaast organiseert men symposia over zingeving en is het de thuishaven voor de Beweging van Barmhartigheid. Het klooster is prachtig verbouwd, met elegante soberheid bekleed naar de eisen van de tijd. Na intensief overleg met ZIN heeft De Tiltenberg het zenprogramma, het netwerk en de platformfunctie voor Boeddhisme en Christendom aan ZIN overgedragen.

Een andere formule, die verder ontwikkeld zou kunnen worden, is die van het bezinningshotel. Op De Tiltenberg hebben wij de eerste ideeën uitgewerkt. Het bezinningshotel combineert de individuele en vrijblijvende insteek van de gast met het dagritme en de bibliotheek van het klooster en elementen van het inhoudelijke, verdiepende aanbod van de vormingscentra. Wie durft dit aan?

ten slotte
Het is pijnlijk te beseffen dat de plek van vrouwenspiritualiteit, die De Tiltenberg lange tijd was, stopt en er geen nieuw perspectief is gevonden. Het is een pijnlijk verlies.
Maar laten we niet vergeten dat wij verder trekken en al wat we hebben gedeeld met ons meedragen. De plek die altijd nodig zal zijn, is een plek om kracht te delen en uit te dragen, een plek om onze gebeden en meditaties te beoefenen. Laten we beseffen dat we deze plek met ons meedragen, als ervaring en als verlangen. De inspiratie die we op De Tiltenberg vonden, zal zich ooit weer omzetten in plannen en ontmoetingen, in gebouwen en tuinen.

Daarom heb ik op de afscheidsbijeenkomst van De Tiltenberg drie fakkels aangestoken om inspiratie door te geven. Drie fakkels voor drie initiatieven van vrouwen die voort gaan. Eén voor de Graalbeweging, waar jongere Graalleden proberen een belangrijke erfenis verder gestalte te geven; een voor de Werkplaats voor Feminisme en Levensbeschouwing, die de vrouw-en-geloofbeweging nieuwe ambitie en plek wil geven; en een voor het Netwerk Vrouwelijke Spirituele Leiders dat elders een doorstart zal moeten vinden.
Moge de geest met ons meegaan, alle windrichtingen uit, waar wij ook heen gaan!

Diana Vernooij was van december 1999 tot de sluiting in april van 2003 directeur van De Tiltenberg, centrum voor bezinning en meditatie, te Vogelenzang.